Naar inhoud

Artikels

Hier vind je een aantal artikels in verband met de cactushobby

De Groentjes van 21 mei 2016 bij Lieve en Jean Marie Callens

Rond half drie komen we aan in Wortegem-Petegem bij Lieve en Jean Marie. De tuin is gezellig ingericht om er een aangename namiddag van te maken. De zon is van de partij, alleen de felle wind zorgt voor een beetje hinder. De verplaatsing naar Oost-Vlaanderen is geen belemmering voor de 30 aanwezigen. De sfeer zit er goed in en de populatie is verspreid over het hele terrein. Vooral de mooie lange vollegrondtablet trekt de aandacht van de liefhebbers. Ook in de tuin is veel fraais te zien. Iets na 15u wordt aangevangen met het formele gedeelte, ik geef een overzicht van hoe Jean Marie figuurlijk in de cactuswereld gerold is en welke verdiensten hij er in heeft en gehad heeft.

groentjes bij Jean-Marie Callens Midden de jaren zeventig waren de te warme omstandigheden in zijn appartement te Gent de oorzaak van de start met de cactussen. Een jaar later was hij lid van de cactusclub in Gent. In 1978 verhuist het echtpaar naar hun nieuwe woning in Wortegem-Petegem, een jaar later wordt een kleine serre gezet, die zoals verwacht al snel bomvol staat. Halverwege de jaren tachtig wordt de eerste helft van de huidige serre gebouwd, twee jaar later wordt deze verdubbeld zodat er beschikt kan worden over een serre van 9 op 3 meter. Bij de verdubbeling wordt de vollegrondtablet aangelegd. Jean Marie is 10 jaar voorzitter geweest van de ondertussen opgedoekte Cactusclub Vlaamse Ardennen.

Sedert 2004 is Jean Marie lid van Grusonia waar hij al vele jaren waakt over onze kas. De serre wordt elektrisch verwarmd en er wordt aan de buitenkant geïsoleerd. Onze gastheer heeft zijn verzameling opgebouwd door aankoop van kleine plantjes en het zaaien. De zaden kwamen vroeger van De Herdt, de laatste jaren van Haage uit Duitsland. Hij heeft geen uitgesproken voorkeur, hoewel de indruk zou kunnen bestaan dat hij zich heeft gespecialiseerd in het geslacht Echinocereus. Hij zegt dat dit puur toevallig is, het is veeleer zijn voorliefde voor mooie bedoorning die dit heeft veroorzaakt. Na de introductie was het de beurt aan Jean Marie zelf.

groentjes bij Jean-Marie CallensNa wat aanvullingen op zijn cultuurmethodes gaf hij ons een overzicht van 20 geslachten en werd dit telkens met 1 of meerdere van zijn planten gedocumenteerd. Telkens werd de naam verklaard, somde op hoeveel soorten zo ongeveer in circulatie zijn en hoeveel er op heden erkend zijn. Jean Marie vond het als de evidentie om te starten met Echinocactus omdat dit geslacht de grusonii bevat die symbool staat voor onze club. Als tweede kwamen de onvermijdelijke echinocereussen, zoals gezegd veelal om hun spectaculaire bedoorning. Ook de aansluitende ferocactussen kunnen zich vaak meten wat de doornen aangaat. De hype van de hybriden bij Astrophytum gaat aan Jean Marie voorbij, hij houdt het bij de botanische soorten. In het relatief kleine geslacht Thelocactus zitten ook stevig bedoornde species. De volgende in de rij zijn de coryphantha's.

groentjes bij Jean-Marie CallensBij het geslacht Eriosyce wijst Jean Marie op het heen- en weer slingeren van subgeslachten waardoor er een praktisch onoverzichtelijk kluwen van namen is ontstaan. De neoporteria's bevatten prachtig bedoornde planten en zijn zo typisch bvb wat de bloei betreft dat ze dus gerust een apart leven kunnen leiden als geslacht. Binnen het geslacht Escobaria is de minima één van de favorieten van Jean Marie. Een vrij groot geslacht is deze van Gymnocalycium, alsook Mammillaria. De zigzag-ribben zijn een typisch kenmerk van de echinofossulocactussen. De fraaie planten van Denmoza rhodacantha staan eveneens op zijn lijstje. Een apart verhaal is dat van de turbinicarpussen. Ook hier wordt nogal wat gejongleerd met heen en weer gedraaf tussen diverse geslachten. Wie hier consequent aan meedoet, verslijt aardig wat etiketten. Jean Marie relativeert al die zogezegde herschikkingen. Alhoewel geen directe fan, stelt Jean Marie toch het geslacht Ariocarpus voor.

Via tombola's komt al eens iets in de verzameling wat niet direct absolute voorkeur geniet. Dat sclerocactussen geen makkies zijn op eigen wortel heeft Jean Marie al aan den lijve ondervonden. Eén van de laatste geslachten zijn de warmteminnende uebelmannia's. Notocactussen zijn dan weer gemakkelijk, sommigen hebben wel die vervelende eigenschap bij het ouder worden onderaan te verkurken. Als laatste cactusgeslacht wordt Pilosocereus voorgesteld, één van de favoriete geslachten van de heer des huizes. Nog één geslacht te gaan, geen cactussen, maar wel de agave's. Hier vind Jean Marie het spijtig dat ze zoveel plaats innemen en noodgedwongen onder de tabletten staan in de winter, om nog maar te spreken over de gewichten die moeten weg en weer gesleurd worden. Daarmee heeft Jean Marie zijn 20 geslachten toegelicht. Nadien volgt de traditionele tombola onder de aanwezigen.

Onze eerste Groentjes is alvast een meevaller geworden met dank aan Lieve en Jean Marie voor de gezelligheid en de lekkere

Merci!

door
Marc Dumon